Standaardvaandel met stok en riem
Volgt
Standaardvaandeltje
Het standaardvaandeltje wordt gedragen door het schildknaapje. Op het vaandeltje is het wapenbord afgebeeld.
Vaandels
Binnen het gilde zijn er 10 vaandels in gebruik. 6 volwassen vendels en 4 jeugdvendels.
Een vendel heeft altijd een bepaalde grootte en gewicht van de knoppen en het doek.
Het doek is bij deze vendels 140 cm x 140 cm.
Het gewicht in de onderste knop is ongeveer 3,5 kg om de vlag in balans te houden.
Het kasteel huis Bergh
Over de vroegste geschiedenis is helaas niets bekend. Waarschijnlijk is rond het jaar 1100 op een eilandje in een moeras een kustmatige heuvel opgeworpen waarop een houten woontoren is gezet. Later, mogelijk rond het jaar 1200, is deze houten woontoren vervangen door een ronde tufstenen toren. Hiervan zijn nog resten te zien in een muur in de hoofdburcht. Waarschijnlijk had men rond 1300 meer behoefte aan comfort en is de verdieping van het huidige kasteel gebouwd.
In de jaren die daarop volgden is het kasteel steeds verder uitgebouwd. In de beginfase van de Tachtigjarige Oorlog heeft Huis Bergh veel te lijden gehad en in 1735 brandde het geheel uit. In 1939 werd een groot deel van het huis voor de tweede keer door brand verwoest. Dankzij de hulp van de plaatselijke bevolking kon gelukkig veel van de inventaris worden gered. Nog in hetzelfde jaar begon de wederopbouw, die in de herfst van 1941 werd voltooid. In 1912 werden het Huis Bergh en alle bijbehorende bezittingen eigendom van de heer J.H. van Heek, een industrieel uit Enschede. Hij richtte het kasteel in met een zeer bijzondere kunstcollectie. In 1946 droeg hij zijn eigendom over aan de Stichting Huis Bergh.
Het Gemeentehuis te ‘s Heerenberg
Dit “Nije Reathuijs” werd in 1531 gebouwd als opvolger van het” Ailde Reathuijs” in de Kellenstraat. Het was vanouds het centrum niet alleen van de stad, maar ook van het land van den Berghe: hier vergaderen de Geërfden van de graafschap Bergh, hier werd recht gesproken niet alleen van de stad, maar ook van het land van den Berghe.
De grootte klok in de torenspits is in 1526 gegoten door de Zutphense klokkengieter Segewin Hatiseren. Deze klok slaat de uren en vormt een grondtoon waarin de klokkengieters Petit en Fritsen te Aerle Rixtel in 1977 het klokkenspel baseerden dat in de toren hangt. Oorspronkelijk hing er nog een tweede klok in de toren; hij werd in 1809 afgestaan aan de R.K gemeente en vervangen door een gietijzeren klokje dat thans nog in de torengevel hangt. Het is welhaast zeker dat deze tweede klok in de R.K kerk van Wijnbergen terecht gekomen is, waar hij tot 1943 heeft gehangen. Hij was eveneens door Hatiseren gegoten en wel precies in het jaar waarin het “Nije Reathuijs” werd gebouwd 1531.
Antonius met het Jesus kind
Op het Vaandel is jaren geleden Antonius geschilderd, maar helaas de verkeerde Antonius namelijk Antonius van Padua. De patroonheilige die het Antoniusgilde heeft is :
St. Antonius “de Grote” Deze Antonius kreeg de bekendheid doordat er in Zuid-Frankrijk in 1095 de orde van St. Antonius werd opgericht, de zogenaamde St. Antonieters.
Men moet deze niet verwarren met alle respect met de H. Antonius van Padua, die meestal afgebeeld is met het Christuskind. Over het varkentje aan zijn voeten zijn verschillende lezingen, er wordt beweerd dat deze orde privileges had om vrij varkens te mogen hoeden en ook toen Antonius in de woestijn als kluizenaar zich terugtrok om demonen “de duivel” af te kunnen schrikken. De belletjes waar het mee afgebeeld word heeft te maken met de pestepidemie, die heerste van 1347-1352 “de zwarte dood”, de pestlijders moesten zich met een belletje waarschuwen voor de medemens. Verder zijn herkenbaar de T staf oftewel de “Theunisstaf” en het kerkboek “bijbel” zodat men kon zien dat Antonius onderlegd was en de kerktoren op de achtergrond die te maken heeft met de kloosterorde. Antonius leefde van 250 tot 356 jaar, hij is dus 106 jaar oud geworden en hield zich op als kluizenaar in de Libische woestijn. Patroonsdag is 17 januari, op deze datum word St. Antonius herdacht.
Boetzelaer burcht
“Kattenburg”; Het huis werd in 1550 gebouwd op fundamenten van de 14de eeuw door Daem en Hector, bastaardzonen van Willem III graaf van den Bergh. Hiervan getuigd de gevelsteen in de traptoren, waaronder zich oorspronkelijk de ingang bevond. Bij de inval van de Geuzen in 1570 werd het huis ernstig beschadigd.
Het draagt de naam van Willem van den Boetzelear thoe Toutenburg, landdrost van de graafschap Bergh, die de haezate in 1632 geheel vernieuwde en in leen opdroeg aan de graaf. In 1725 was het huis nog omringd door een gracht; op de voorhof bevonden zich een koetshuis en paardenstallen. Bij de grote verbouwing in de 19de eeuw kreeg het huis een nieuwe gevel met ingang op het zuiden die thans nog bestaat. In 1927 werd het grondig gerestaureerd.
Grafelijke munt
Muntslag in 1582 beëndigd was, raakte de Munt in verval. In 1625 vonden herstellingen plaats. Daarna heeft het gebouw zeer uiteenlopende bestemmingen gehad; het werd o.a bewoond door de Bergshe beambten. In de jaren 1968-1974 werd de Munt gerestaureerd.
Het wapen van kasteel Huis Bergh
Het wapen van Bergh met de 11 penningen met een rode leeuw.
Jeugdvaandels,

Vendel met de St. Pancratiuskerk

Vendel met het wapenbord van het gilde

Vendel met de zilveren gildebeker
Vlag geschonken door de Vorst van Hohenzollern zu Sigmaringen.
Karels zoon Johan (familiehoofd 1606-1638) werd in 1623 in de rijksvorstenstand verheven. Onder zijn kleinzoonMaximiliaan (1681-1689) kwam het geslacht in bezit van het Land van den Bergh, een bannerheerlijkheid in de Gelderse
Achterhoek. Zijn kleinzoon Frans Willem, Grave tot den Bergh, Hohenzollern, Sigmaringen etc. etc.,
stichtte daar in 1712 de zijlinie Hohenzollern-Bergh, die echter reeds met zijn zoon Johan Baptist uitstierf. Het Land van den Bergh werd in 1912 door Willem August van Hohenzollern aan de Enschedese industrieel Jan Herman van Heek verkocht.
Het hert is het wapen van de familie Hohenzollern, zwart wit geblokt in het midden betekent het “Graftschaft”Sollen. In de 15e eeuw heeft zich de tak gesplitst en hebben de familie Sigmaringen dit wapen in hun bezit gehouden en hebben zich gevestigd in Pruisen.
De 2 afbeeldingen onderin:
3 veren of 3 dolken zijn van het Graafschap
Veringen. Dit is noordelijk van Sigmaringen in het Zwarte woud in de buurt van het meer van Konstanz. Noord westelijker naar het Zuiden Ligt Rottenbrug ( in de buurt van Stuttgart) ligt de “Aigerho-burcht” daar woonde een “Dolle graaf”. Rechts onder in balk = strepen is het wapen van de “Haigerloch”dat was geen graafschap maar in die tijd noemden ze dat een heerlijkheid. De honden zijn brakkken waar in die tijd veel mee werd gejaagd en ook een onderdeel zijn van het wapen van Hohenzollern. Ter gelegenheid van het 425 jarig bestaan van het St. Antoniusgilde is tijdens de hulde blijken in 2000 met deze vlag het vendelslag gedraaid. De vlag is voor deze gelegenheid aan originele stok gekomen met de oude koperen knoppen. (en zo ook weer opgehangen in de wapentoren).
De vlag dateert uit het jaar 1862 en is eigendom van het gilde, het is lange tijd in bruikleen geweest van kasteel Huis Bergh waar deze in de wapen toren heeft gehangen. Daar heeft de vlag helaas te lijden gehad van de licht inval en is in de jaren erg vervaagd.
Thans is het vaandel te zien in het stadsmuseum Bergh waar het in een donkere omgeving uitgehangen is. Het is de wens van het gilde om de vlag ooit te laten conserveren of te restaureren, mits daar genoeg fondsen voor zijn.